Gisteren was het moment daar (althans... één der momenten): Luik - Bastenaken - Luik. Na afloop had ik geen puf meer een verslagje te schrijven, dus dat heb ik maar even doorgeschoven naar vanochtend. Op dit moment zijn de spieren nog wel wat stram en stijf en vooral de achillespezen geven wel aan een flinke opdonder gehad te hebben, maar verder is het lijf (en de geest ook hoor) er alweer bovenop. Het lijkt droog te blijven, dus straks maar even met een clubritje de laatste pijntjes uit het lijf rijden.
Zaterdag 8 augustus. Als wielrenner moet je wel wat voor je sport overhebben, dat blijkt wel, want de wekker staat op 4! uur. Als ik de gordijnen open schuif kijk ik recht in het pikkedonker. Buienradar nog even gecheckt samen met de weerberichten... en het zou goed moeten zijn. Wat nevelig begin, maar dan eerst droog gevolgd door later op de dag mogelijk wat buitjes. Hoe anders kon het zijn...
Na de laatste voorbereidingen de fiets in de auto en op pad. Het is nog steeds hartstikke donker als ik om 4.30u Eindhoven uitrijd, toch is er al meer verkeer op de weg. Het navigatiesysteem (onmisbaar in een stad als Luik) geeft 5.40u aan als geschatte aankomsttijd. Met wat muziek aan, vordert de reis vlot en relatief gemakkelijk vind ik de start (het scheelt ook dat ik er al 2x eerder ben geweest). Daar wordt ik de parkeergarage onder het hotel in geloodst, maar die blijkt (net) vol te zijn, dus op naar de Quai Mativa, een straat die afgezet is zodat daar geparkeerd kan worden. Als eerste prik ik m'n auto op een verdrijvingsvlak op aanwijzing van goedgemutste verkeersregelaars.
Tegen de tijd dat de fiets en ik er klaar voor zijn, is het 6.05u en is het naar de start om de laatste inschrijvingshandelingen te doen. Als het startbordje ook op het stuur zit en de startstempel gehaald is, zijn we 10 minuten verder en begint de rit. Het begint al ietwat licht te worden, maar er valt toch weinig te zien van de omgeving doordat er een dikke mist hangt.
Met een lekker vaartje haal ik al gauw enkele tientallen fietsers in, maar is het wel opletten geblazen met de verkeerslichten (tja... door rood rijden kost hier 150 euro en kun je niet direct betalen, dan wordt je fiets in beslag genomen en sta je in de 'middle of nowhere'). Op de eerste beklimming (de
Côte d'Embourg) rijden heel wat groepjes en tegen de tijd dat ik boven ben, heb ik al enkele honderden gepasseerd.
In deze editie is ook een stevige klim in het begin opgenomen, op 25 km: de
Côte de Chambralles. Met maximaal 20% is dit toch even stevig bikkelen om boven te komen. Ondanks dat de fotograaf hier al klaar zit, is een foto me niet gegund, want alle langzame rijders rijden aan zijn kant. Een poging om iets in te houden om toch nog op de foto te komen slaagt niet en bovendien wordt ik verrot gescholden door iemand die blijkbaar ineens in mijn wiel zit (ik heb meerdere malen onder de armen door gekeken, maar nooit iemand zien zitten). Al scheldend rijdt hij mij voorbij, en als ik hem later weer achterop en voorbij rijd, biedt ik mijn verontschuldigingen aan, maar die worden ontvangen met "sukkel, kloothommel, ... etc". Tja...
De routebeschrijving laat vervolgens geen (geregistreerde) klimmen meer zien tot aan 152km (de
Wanne), maar vlak is het allerminst. Allerhande ongeregistreerde klimmen volgen elkaar in rap tempo op. Ik kom door bekend gebied, want hier heb ik drie jaar terug gefietst tijdens een vakantie in de Ardennen (nabij La Roche). Helaas is dit niet door de omgeving af te leiden, maar door kenmerkende kruispunten etc. Het zicht is namelijk nog steeds niet opgehelderd en met af en toe maar 50m zicht heeft het iets onwerkelijks. Je rijdt helemaal alleen, ziet niets dan wat bomen links en rechts, een stukje berm en een stuk wegdek dat wel iets van een lopende band wegheeft. Tientallen kilometers lang kom ik niemand tegen tot ik eindelijk weer twee schimmen uit de mist zie opdoemen. Met de opmerking "toch wel fijn om weer eens iemand op het parcours te zien" rijd ik ze voorbij en gaat het verder op en af tot Bastenaken. Er staan dan 93km op de teller en het (vruchten)yoghurtje gaat er wel in. Ondertussen is het nog steeds mistig, maar echt koud is het niet.
Ondanks dat ik het eerste stuk wel behoudend heb gereden (je zit met 100 km namelijk nog niet eens op de helft), besluit ik nu nog iets rustiger aan te doen om mezelf nog wat te sparen. Ik heb het geluk een groepje te treffen, en dat is maar goed ook, want ondanks de mist staat er een beste wind. En die hebben we nu tegen (terwijl ik op de heenweg toch niet het idee had dat er zoveel wind stond... al waren die wegen toch ook wel flink beschermd door bomen etc). Met z'n vieren rijden we voorbij een ander groepje, dat aanpikt en met zo'n 10 man gaat het verder. Tijdens een klimmetje spat de groep uiteen (heb ik eerlijk gezegd pas veel later opgemerkt) en blijven er 4 man over (andere samenstelling), waarmee het heerlijk fietsen is door dit relatief open, maar zeker glooiend, stuk tot aan de
Wanne. Bovenop kan weer even bijgetankt worden, maar dan begint de pret. Even een (steile) afdaling naar Stavelot en dan scherp rechts de
Col de Stockeu op. Dit monster kent maximaal 21%, maar ik ken de klim van eerdere tochten, dat scheelt. Daarbij misreken ik me overigens wel, want doorgaans ging ik bij het monument van Eddy Merckx linksaf weer naar beneden. Rechtsaf kan ook, en daar blijkt de klim nog venijnig door te lopen. Tussen de oren was ik allang boven, maar in werkelijkheid moet ik nog even. Nouja, ook hier komen we weer boven. Het weer is ondertussen afwisselend droog en weer regen en de mist is weer dichter geworden. Bovendien is het goed fris geworden (16 graden).
De volgende geregistreerde klim heet
Col de Villettes en is voor mij een onbekende. Terugdenkend vraag ik me af welke klim het nou precies geweest moet zijn, want ook op dit stuk zit de ene na de andere ongeregistreerde klim. Op deze sectie van de route heb ik het echter wel even zwaar. Km -75 tot -45 (=170 tot 200) gaan niet makkelijk meer en bovendien neigt het tussen de oren allemaal wat negatiever te worden. Ik besluit iets rustiger aan te doen, maar kan het in de laatste 5km voor de stop op 200km niet laten om volle bak op een in de verte rijdend groepje af te knallen als de weg in iets dalende lijn / vlak loopt. Kort voor de pauze heb ik ze te pakken en dat geeft weer een mentale 'boost'. Iedere andere pauze heb ik maar kort gestopt (even tanken en dan weer verder), maar hier neem ik even mijn tijd. Ik heb me verheugd op een kopje soep oid, maar bij aankomst zie ik en enorme rij staan: die willen allemaal soep!... Nouja.. na 10-15min wachten (ideaal voor de benen natuurlijk), heb ik m'n kop tomatensoep (of wat ervoor moet doorgaan... waarschijnlijk doodgekookt want het is bruinig) en een stuk vlaai (volgens de kaart appel, maar naar mijn mening abrikozen) bemachtigd. Na ook wat bananen weggewerkt te hebben en GEEN water gehaald te hebben, want daarvoor stond wederom zo'n idiote rij (slechts 1 tap-punt, hoe ver zin je het), gaat de rit verder.
De route loopt over de
col de Kin, maar vanaf de achterkant. Ik ken de andere kant en weet hoe steil die is, dus er volgt een mooie (lees snelle) afdaling tot in Aywaille. Aangezien ik al enige tijd geen bordjes meer heb gezien op plaatsen waar ik toch wel wat verwacht had (ook al is er een duidelijke doorgaande weg), bekruipt halverwege de afdaling het gevoel: ik hoop dat dit nog klopt, want ik heb geen zin om deze klim terug op te moeten. Dit voorgevoel lijkt te kloppen als beneden op een t-splitsing (met stoplichten) geen bordje te bekennen is. Een aardige mevrouw (waarschijnlijk lokale bewoonster) geeft aan: rechts, rechts, rechts. Na tweemaal rechts volgt er niet echt meer een derde (goed ogende) rechts, dus gaan we maar rechtdoor. In de verte zien we ineens een verkeersregelaar op een rotonde staan, en jawel: daar is weer een pijl te zien. Blijkbaar heeft men (de Belgische politie?) weer eens bordjes weggehaald: fijn jongens! In ieder geval komen we nu aan bij de voet van de
Redoute.
Wat het is met de
Redoute, ik weet het niet, maar het blijft een gek geval. Hoe ver hij ook in de route zit, ik klim hem altijd met gemak op. Ook dit keer weer. Weliswaar rijd ik een tandje kleiner dan wanneer ik fris ben, maar ook nu kan ik na het steile middenstuk weer opschakelen en tot aan het eind knallen. Enkele supporters langs de weg vergemakkelijken de laatste meters en zeker een opmerking als "ja... zo kan het ook, als je hem vlot op rijdt, duurt hij ook minder lang" doet me goed. De mist is ondertussen opgetrokken en de temperaturen weer wat aangenamer. Bovenop kan ik weer wat water bemachtigen en dan is het slechts genieten tot aan de finish: er volgt nog 1 klimmetje: de
Côte du Hornay, maar die loopt wel, waarna het slechts afdalen (een heerlijke bijtrap-afdaling) is tot in Luik. Op een tweede adem rij, nee, vlieg ik naar beneden met snelheden tussen de 50 en 55km/u langs de rivier.
De laatste kilometers verlopen dan ook vlot en al gauw doemt de finishboog op. Na het ophalen van de 'goody-bag', waar weer o zo jammerlijk een maandenoud fietsblad in zat en een (te) kleine bidon, nog even naar de auto terug fietsen. Daar aangekomen staat de teller op 250,7 kilometer, afgelegd in 10.13u, waarvan 9.01u netto fietstijd (27.8 km/u gemiddeld). Al met al kan ik zeggen dat deze editie toch wel een flink stuk zwaarder was dan de voorgaande(n), een geluid dat ik uit meer monden heb gehoord, het weer was ook niet om over naar huis te schrijven, maar desalniettemin heb ik weer een heerlijke fietsdag gehad.
Tijdens het inpakken van de auto gaat bovendien de zon schijnen (bijna sarcastisch) en daar is geen verandering in gekomen als ik weer in Eindhoven aankom. Hier in de omgeving blijkt het prachtig weer te zijn geweest, wel wat bewolkt, maar een lekkere temperatuur. Tja...
Nog niet alle foto's staan online, dus er volgt waarschijnlijk nog meer. Helaas weer van die fotografen die van halve fietsers houden...